Bij 'matching' neem je subtiel bepaalde (non-)verbale cues van de ander over. 'Mismatching' is juist het tegenovergestelde; je doet iets anders dan je gesprekspartner. Het is belangrijk om te weten dat matchen niet hetzelfde is als kopiëren. Het gaat om subtiele aanpassingen, niet om een exacte kopie van de ander. Als je de verkeerde dingen spiegelt, kan dat leiden tot onbegrip. De ander kan zich dan belachelijk gemaakt voelen. Dus kies zorgvuldig wat je gaat matchen.

LOGIT

Het LOGIT-model biedt een handige structuur om verschillende kanalen te gebruiken voor het matchen en mismatchen. Hier zijn de componenten:

• Lichaamshouding
  De manier waarop je staat of zit kan veel zeggen over je houding en emoties. Door je lichaamshouding aan te passen, kun je gemakkelijker matchen met de ander.
• Oogbewegingen
  Deze geven aan welk zintuiglijk representatiesysteem iemand gebruikt: visueel, auditief of kinesthetisch. Door op de oogbewegingen te letten, kun je beter afstemmen op de ander.
• Gebaren
  Dit gaat om expressie op zowel macro- als microniveau. Een handgebaar of een subtiele beweging van de wenkbrauwen kan al veel informatie geven.
• Intonatie
  Hierbij gaat het om stemvolume, spreekritme, intonatie, pauzes, enzovoort. De manier waarop je iets zegt, kan net zo belangrijk zijn als wat je zegt.
• Taalpatronen
  De woorden die je kiest en hoe je zinnen structureert, kunnen ook bijdragen aan het al dan niet matchen met je gesprekspartner.

Congruentie

Je kunt ook met jezelf matchen of mismatchen. Als je congruent bent in je gedrag en taal, dan match je met jezelf. Het plaatje klopt, wat je denkt, voelt en doet matcht. Mismatching met jezelf gebeurt als je gevoel niet overeenkomt met je gedrag. Bijvoorbeeld, je bent woedend, maar je doet alsof er niets aan de hand is.